Front | zich aankleden /seij ankleide/ ---------------------------------------- ik kleed aan jij kleedt aan hij kleedt aan wij kleden aan jullie kleden aan zij kleden aan |
---|---|
Back | [dress, put on] |
Tags: verb
Learn with these flashcards. Click next, previous, or up to navigate to more flashcards for this subject.
Next card: Op staan staat opstaan opstan ik sta jij
Previous card: Douchen doucht douchen duse ik douch jij hij
Up to card list: Dutch - entry level